Het principe van het drogen van het vaatwerk is vrij eenvoudig: men maakt gebruik van de eigenwarmte van het vaatwerk – dat warm is door het warme was- en spoelwater – en het creëren van een koudere zone in het toestel waar de waterdamp kan neerslaan.
De warmte van het vaatwerk zal ervoor zorgen dat het water erop zal verdampen. De waterdamp komt in de lucht terecht en zal dan naar een koudere zone in het toestel worden gebracht – actief of passief – waar de waterdamp condenseert.
De minst gecompliceerde vaarwassers zullen de vaat drogen door gebruik te maken van de warmte die overblijft van de laatste spoelbeurt en door het inschakelen van de weerstand die zichtbaar in de kuip is opgesteld. Op die manier wordt extra warmte toegevoerd die het verdampen van het water zal stimuleren. De koude zone – daar waar er geen weerstandselement zit – zorgt voor het condenseren van de waterdamp.
Meer en meer hebben de fabrikanten de zichtbare weerstand verwijderd en deze elders binnen het toestel opgesteld om nuttige plaats in de kuip te winnen. Hierdoor verdween de extra warmtebron voor het drogen, waardoor men alternatieve oplossingen diende te bedenken om een optimaal droogresultaat te verkrijgen.
- De passieve droging
- Ventilatordrogen
- De warmtewisselaar
- De zeolietdroging
- De passieve droging
De eerste oplossing bestaat erin om de temperatuur tijdens de laatste spoelfase – net voor het drogen – te verhogen. Op die manier stopt men meer energie in het vaatwerk waardoor tijdens de droogfase het water beter verdampt. De zijwanden van het toestel doen dienst als koude wanden daar het toestel langsheen deze wanden het meeste warmte verliest. Hiertegen condenseert de waterdamp waardoor het vaatwerk droogt.
Ventilatordrogen
Een tweede oplossing bestaat erin het vaatwerk actief te drogen door gebruik te maken van een ventilator. Er wordt lucht van buitenaf aangezogen en doorheen de vaatwasserkuip geblazen. De eigenwarmte van het vaatwerk zorgt ervoor dat het water verdampt. De luchtstroom neemt deze waterdamp op en de vochtige lucht wordt de keuken ingeblazen. Sommige toestellen zijn eveneens voorzien van een soort koelsysteem – een systeem met dubbele luchtstroom – die de vocht uit de lucht haalt vooraleer ze de keuken wordt ingeblazen. Het condenswater dat hierbij ontstaat wordt opgevangen en afgevoerd.
De warmtewisselaar
Een derde oplossing wordt door de warmtewisselaar geboden (zie ook “Werking van een vaatwasser, temperatuur en energie”). Na de laatste spoeling wordt de warmtewisselaar – die niet meer is dan een waterreservoir geïntegreerd in één van de wanden van het toestel – met koud water gevuld. Op die manier wordt er een koude binnenwand gecreëerd waartegen de waterdamp zal condenseren. Ook hier zorgt de eigenwarmte van het vaatwerk voor de verdamping van het water. De vochtige lucht die tegen de koude wand passeert koelt af en de waterdamp condenseert. De koude lucht zakt en duwt de warme vochtige luchtlagen voor zich uit. Op die manier installeert zich een natuurlijke convectie in de vaatwasser waardoor het vaatwerk zonder toevoeging van energie of lucht van buitenaf droogt.
De zeolietdroging
Een vierde oplossing is de zogenaamde “zeolietdroging”. Bij deze techniek is er onder de kuip van de vaatwasser een reservoir met zeolietkorrels gemonteerd. Zeoliet is een mineraal dat de eigenschap heeft om energie en vocht te kunnen opslaan. Het werkingsprincipe is als volgt: tijdens de droogfase wordt de warme vochtige lucht uit de vaatwasser door een ventilator aangezogen en door het zeolietreservoir geleid. Het vocht wordt uit de lucht door het zeoliet opgenomen. Tijdens dit proces zal het zeoliet energie onder de vorm van warmte vrijgeven. Deze warmte wordt op haar beurt gebruikt om het droogproces te stimuleren – naast de eigenwarmte van het vaatwerk die het water laat verdampen. Het zeoliet wordt op zijn beurt geregenereerd – gedroogd als men wil – tijdens de andere programmafases door een weerstand die in het zeolietreservoir geïntegreerd zit. De warme vochtige lucht die hierbij vrijkomt wordt gebruikt voor het opwarmen van het vaatwerk.